Apotheek Romijn/M.C. De Vaart

Stationsstraat 110 1506 DK Zaandam Tel:075-6531630 Fax:075-6531636

Medische Encyclopedie

Inhoud

dabigatran

Dabigatran is een antistollingsmedicijn.

Artsen schrijven het voor bij trombose en om trombose te voorkomen, bijvoorbeeld bij heupoperaties en knieoperaties.

Soms wordt het gebruikt om trombose of een beroerte te voorkomen bij bepaalde hartritmestoornissen.

Wat doet dabigatran en waarbij gebruik ik het?

Hartritmestoornissen

Bij sommige hartritmestoornissen is er een kans dat er na enige tijd stolsels ontstaan in de boezems van het hart. Als deze hartritmestoornis langer duurt, is daarom vaak een antistollingsmedicijn nodig, zoals dabigatran.

Werking
Dabigatran vermindert het samenklonteren van bloed. Het remt zo de vorming van bloedstolsels en vermindert de kans op afsluiting van een bloedvat.

Consequent gebruiken
Het lichaam maakt voortdurend nieuwe bloedcellen aan die weer kunnen samenklonteren. Daarom is het van belang dat u dit middel elke dag inneemt. Zo remt u constant het ontstaan van bloedstolsels en verkleint u de kans op ernstige hart- en vaatproblemen.

Lees meer over hartritmestoornissen . “

Trombosebeen

Als er schade is aan bloedvaten, kunnen we bloed verliezen. Als reactie klontert het bloed samen en vormt een bloedstolsel. Het bloedstolsel repareert de schade aan het bloedvat. Hierdoor stopt het bloeden.
Maar het bloedstolsel kan ook los raken van het bloedvat en in het bloed komen. Via het bloed kan het bloedstolsel ergens anders komen en een kleiner bloedvat afsluiten. Als dit bloedstolsel een bloedvat in het been afsluit, spreken we van een trombosebeen.
Bij een trombosebeen kan het bloed minder goed stromen en krijgt het been te weinig bloed. Ook kan een ader helemaal afgesloten zijn. Uw onderbeen kan dan dik, rood en pijnlijk zijn.

Oorzaak
Bloedstolsels kunnen ontstaan in ruwe, ontstoken of beschadigde bloedvaten. Dit kan bijvoorbeeld bij ernstige aderverkalking (atherosclerose). Ook na operaties, bij kunstmatige hartkleppen of vaatprothesen kunnen bloedstolsels ontstaan. Zo`n bloedstolsel kan een bloedvat afsluiten, met soms ernstige gevolgen. Ook kan de bloedstroom losgeraakte stukjes bloedstolsel meevoeren die  verderop een bloedvat in het been afsluiten.

Werking
Dabigatran voorkomt de vorming van bloedstolsels. Van de werking van dabigatran voelt u zelf niets.

Iedere dag gebruiken
Het lichaam maakt steeds weer nieuwe bloedcellen aan die kunnen samenklonteren. Daarom is het belangrijk dat u dabigatran elke dag inneemt. Zo remt u het ontstaan van bloedstolsels en is de kans op een trombosebeen kleiner.

Lees meer over trombosebeen . “

Longembolie

Als er schade is aan bloedvaten, kunnen we bloed verliezen. Als reactie klontert het bloed samen en vormt een bloedstolsel. Het bloedstolsel repareert de schade aan het bloedvat. Hierdoor stopt het bloeden.
Maar het bloedstolsel kan ook los raken van het bloedvat en in het bloed komen. Via het bloed kan het bloedstolsel ergens anders komen en een kleiner bloedvat afsluiten. Als dit bloedstolsel een bloedvat in de longen afsluit, spreken we van een longembolie.
Bij een longembolie kan het bloed minder goed stromen en krijgen de longen te weinig bloed. Ook kan een ader helemaal afgesloten zijn. U gaat dan sneller ademen en heeft pijn met ademen. Ook kan het zijn dat u slijm met een beetje bloed ophoest.

Oorzaak
Bloedstolsels kunnen ontstaan in ruwe, ontstoken of beschadigde bloedvaten. Dit kan bijvoorbeeld bij ernstige aderverkalking (atherosclerose). Ook na operaties, bij kunstmatige hartkleppen of vaatprothesen kunnen bloedstolsels ontstaan. Zo`n bloedstolsel kan een bloedvat afsluiten, met soms ernstige gevolgen. Ook kan de bloedstroom losgeraakte stukjes bloedstolsel meevoeren, die verderop een bloedvat in de longen afsluiten.

Werking
Dabigatran voorkomt de vorming van bloedstolsels. Van de werking van dabigatran voelt u zelf niets.

Iedere dag gebruiken
Het lichaam maakt steeds weer nieuwe bloedcellen aan die kunnen samenklonteren. Daarom is het belangrijk dat u dabigatran elke dag inneemt. Zo remt u het ontstaan van bloedstolsels en is de kans op een longembolie kleiner.

Lees meer over longembolie . “

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Maagdarmklachten, zoals misselijkheid, buikpijn en diarree

    Raadpleeg uw arts als u hier last van blijft houden.

  • Verhoogde kans op bloedingen, zoals bloedneuzen. Als u een maag- of darmzweer heeft, bestaat er een grotere kans op bloedingen die moeilijk te stoppen zijn. Het gebruik van een maagbeschermend medicijn kan dit risico verminderen. Overleg hierover met uw arts. Bij mensen met een darmontsteking (colitis ulcerosa) kan bloedverlies uit de dikke darm versterkt worden. Wanneer u dit merkt, of wanneer u meer klachten van uw darm krijgt, neem dan contact op met uw arts.

    Deze bijwerking komt doordat het bloed langzamer stolt en het dus langer duurt voordat een wondje stopt met bloeden. U kunt ook merken dat u sneller bloeduitstortingen of blauwe plekken krijgt, ook zonder dat u zich (hard) stoot. Krijgt u ernstige uitwendige bloedingen, neem dan altijd zo snel mogelijk contact op met uw arts. Zeer zelden kan deze bijwerking ontstaan door een tekort aan bloedplaatjes. Waarschuw daarom uw arts als de klachten niet overgaan of u zich zorgen maakt.
     

  • Bloedarmoede. Te merken aan extreme vermoeidheid, bleke huid en bleke slijmvliezen.

    Neem bij deze verschijnselen contact op met uw arts.

  • Heeft u een bloedstollingsziekte? U heeft meer kans op bloedingen.

    Overleg met uw arts of apotheker voor u dit medicijn gaat gebruiken.

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Hersenbloeding. U merkt dit aan uitvalsverschijnselen. Dit zijn verlamming in het gezicht, zoals een scheef hangende mond, warrig spreken, verlamming van het lichaam, verdoofd gevoel in arm of been, tintelingen, ernstige hoofdpijn, dubbel zien, slechter zien en duizeligheid.

  • Heeft u al eerder een hersenbloeding gehad? U heeft dan meer kans op een hersenbloeding.

     

    Bespreek met uw arts of dit medicijn voor u geschikt is. Neem bovendien direct contact op met uw arts als u uitvalsverschijnselen heeft.

  • Haaruitval

  • Slokdarmklachten. Heeft u een slokdarmstenose, een vernauwing van de slokdarm? Overleg met uw arts. Mogelijk is een ander medicijn beter geschikt voor u.

    Dit kunt u voorkomen door het medicijn in te nemen met een vol glas water, terwijl u rechtop staat of zit. Blijf hierna nog een half uur rechtop. Zo voorkomt u dat de capsule aan de wand van de slokdarm blijft kleven.

  • Leveraandoeningen. U kunt dit merken aan een gevoelige, opgezwollen buik of een gele verkleuring van het oogwit of van de huid.

    Waarschuw bij deze klachten uw arts.

  • Overgevoeligheid voor dit middel. Dit merkt u aan huiduitslag, galbulten en jeuk. Een ernstige overgevoeligheid is te merken aan benauwdheid of een opgezwollen gezicht. Ga dan onmiddellijk naar een arts.
     

    In beide gevallen mag u dit middel in de toekomst niet meer gebruiken. Geef daarom aan de apotheek door dat u overgevoelig bent voor dabigatran. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u het middel niet opnieuw krijgt.

  • Heeft u het antifosfolipidensyndroom en al eerder trombose gehad? U heeft dan meer kans op nieuwe tromboses.

    Overleg met uw arts of apotheker voor u dit medicijn gaat gebruiken.

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen

Mag ik dabigatran gebruiken met andere medicijnen?

Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje ‘samenstelling’.

De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

  • Andere medicijnen kunnen het effect op de bloedstolling versterken, zoals acetylsalicylzuur, acenocoumarol, fenprocoumon en ticagrelor. Gebruik deze medicijnen alleen samen met dabigatran als uw arts de combinatie bewust heeft voorgeschreven.
  • De ontstekingsremmende pijnstillers, zoals ibuprofen, naproxen, diclofenac, acetylsalicylzuur en celecoxib verhogen de kans op bloedingen in maag en darmen. Gebruik daarom liever paracetamol als pijnstiller. Die heeft dat nadeel niet. Als u toch dabigatran samen met een ontstekingsremmende pijnstiller moet gebruiken, wees dan extra alert en raadpleeg uw arts bij maagklachten. Meestal adviseert de arts u een maagbeschermer te slikken om maagklachten te voorkomen. Overleg met uw arts of dat bij u nodig is.
  • Medicijnen tegen epilepsie, carbamazepine, fenobarbital en fenytoïne. De hoeveelheid van dabigatran in het bloed kan afnemen door deze medicijnen. Overleg hierover met uw arts. U krijgt mogelijk een ander middel.
  • Rifampicine, een middel tegen onder andere tuberculose. De hoeveelheid van dabigatran in het bloed kan afnemen door rifampicine. Overleg hierover met uw arts. U krijgt mogelijk een ander middel.
  • Sint-janskruid, een kruidenmiddel tegen depressieve klachten. Overleg met uw arts.
  • Sommige medicijnen tegen hiv en hepatitis C. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat.
  • Sommige medicijnen tegen kanker. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat. Deze medicijnen verhogen de kans op bloedingen. Overleg hierover met uw arts.

De volgende middelen kunnen de hoeveelheid dabigatran in uw bloed verhogen. Hierdoor heeft u meer kans op bloedingen. Raadpleeg uw arts als u deze combinatie voorgeschreven heeft gekregen. Mogelijk kan uw arts u een ander middel voorschrijven. Of mogelijk krijgt u een lagere dosering dabigatran.

  • De medicijnen tegen hartritmestoornissen amiodaron en kinidine.
  • De antischimmelmedicijnen itraconazol en ketoconazol.
  • Het antibioticum erytromycine.
  • Ciclosporine, een afweeronderdrukkend medicijn.
  • Verapamil, een medicijn tegen hart- en vaatziekten.

Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.

Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?

autorijden?
Ja, dat kan. Dit medicijn heeft geen invloed op hoe goed u kunt autorijden.

alcohol drinken?
Door alcohol duurt het langer voordat uw bloed stolt. Samen met de bloedverdunner duurt het nog langer. Hierdoor duurt het langer voor een wondje stopt met bloeden. En bij grote (inwendige) bloedingen kan dit gevaarlijk zijn. U kunt dus beter niet te veel alcohol drinken. Drink liever geen alcohol of hooguit 1 glas per dag.

alles eten?
U mag eten zoals u normaal ook doet.

Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?

Zwangerschap
Over het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap is nog te weinig bekend. Meld het aan uw arts en apotheker zodra u zwanger bent, of binnenkort wilt worden. Zo mogelijk kunt u overstappen op een ander medicijn.

Borstvoeding
Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts of apotheker. Het is niet bekend of dit medicijn in de moedermelk terechtkomt en of het schadelijk voor de baby is. Mogelijk kan de arts u een ander medicijn voorschrijven, waarvan wel bekend is dat u het veilig kunt gebruiken.

Hoe gebruik ik dit medicijn?

Kijk voor de juiste dosering altijd op het etiket van de apotheek.

Hoe?

  • Capsules: innemen met een vol glas water, terwijl u rechtop staat of zit. De capsules niet openmaken en er niet op kauwen.
  • Korrels (granulaat): open de sachet en strooi de inhoud (kleine korreltjes) in een kom met daarin 2 theelepels zacht voedsel, zoals appelmoes of geprakte banaan. Meng daarna de korrels door het zachte voedsel. Let op, gebruik geen yoghurt of melkproducten. Of meng de korrels met een beetje vloeistof, zoals appelsap. Neem het mengsel vervolgens direct in, terwijl u rechtop staat of zit. Het voedsel of de vloeistof moet eerst op kamertemperatuur zijn voordat u de korrels erin mengt.

Blijf na inname van de capsules en korrels nog een half uur rechtop zitten, staan of lopen. Zo voorkomt u dat de korrels aan de wand van de slokdarm blijven kleven en daardoor de slokdarm irriteert. Ga in elk geval nooit liggen als u net een korrels heeft ingenomen.

Wanneer?
U gebruikt dit medicijn 1 of 2 keer per dag. Het beste kunt u vaste tijdstippen kiezen, dan vergeet u minder snel een dosis, bijvoorbeeld ’s ochtends en ’s avonds bij het eten.

Als u geopereerd bent aan uw heup of knie: u begint meestal 1 tot 4 uur na de operatie.

Hoelang?
Hoe lang u dit medicijn moet gebruiken hangt af van uw situatie:

  • bij trombose: meestal minimaal 3 maanden;
  • om trombose na knieoperaties te voorkomen: meestal minimaal tien dagen na de operatie;
  • om trombose na heupoperaties te voorkomen: meestal 28 tot 35 dagen na de operatie;
  • om trombose of een beroerte bij hartritmestoornissen te voorkomen: in het algemeen moet u erop rekenen dat u dit middel langdurig moet gebruiken, vaak levenslang.
Terug naar overzicht