Apotheek Romijn/M.C. De Vaart

Stationsstraat 110 1506 DK Zaandam Tel:075-6531630 Fax:075-6531636

Medische Encyclopedie

Inhoud

kinidine

Kinidine laat het hart langzamer en regelmatiger kloppen.

Artsen schrijven het voor bij bepaalde hartritmestoornissen.

Wat doet kinidine en waarbij gebruik ik het?

Hartritmestoornissen

Het hart is een spier die regelmatig samentrekt. Bij elke samentrekking (hartslag) pompt het hart het bloed door het lichaam. Zenuwen in de hartspier zorgen dat het hart regelmatig klopt. Ze vertrekken vanuit een punt op de hartwand, het ‘prikkelcentrum’. Als er iets mis is in het prikkelcentrum of bij deze zenuwen, zal het hart onregelmatig kloppen.

Verschijnselen
Bij een hartritmestoornis kan het hart overslaan, onregelmatig slaan, te langzaam kloppen of op ‘hol slaan’. Bijna iedereen heeft wel eens zijn hart voelen overslaan. Bijvoorbeeld bij spanningen of een sterke kop koffie. Soms blijft dit overslaan langer doorgaan dan een paar tellen en belemmert het u in het dagelijks werk of de slaap. Pas dan noemen we het een hartritmestoornis.

U merkt een afwijkende hartslag niet altijd zelf op. Maar vermoeidheid, kortademigheid, licht gevoel in het hoofd en hartkloppingen komen soms voor. Ook kunt u dikke enkels krijgen doordat het bloed minder goed wordt rondgepompt. De ritmestoornissen kunnen in aanvallen van enkele seconden tot uren voorkomen en dan weer verdwijnen. Zelden is de hartritmestoornis voortdurend aanwezig.

Oorzaken
Het prikkelcentrum op de hartwand kan te traag of te snel werken. Ook kan het signaal niet goed door de zenuw komen, bijvoorbeeld doordat stukjes hartweefsel zijn afgestorven bij een hartinfarct. Verder kunnen bepaalde delen van het hart heel snel samentrekken. Als dit bij de boezems van het hart (de bovenste hartkamers) gebeurt, heet het ‘boezemfibrilleren’of  ‘atriumfibrilleren`. Het hart gaat dan onvoorspelbaar en onregelmatig kloppen, soms veel te snel of juist erg langzaam.

Werking
Kinidine laat de zenuwen in de hartspier langzamer werken. Hierdoor reageert de hartspier er minder snel op, zodat de hartslag langzamer en regelmatiger wordt. U merkt het effect binnen 1 tot 2 uur.

Behandeling
Afhankelijk van het soort ritmestoornis en de conditie van het hart kan de arts medicijnen voorschrijven, een elektrische stroomschok (elektrische cardioversie) toedienen of een operatie uitvoeren, bijvoorbeeld voor een pacemaker.

Artsen schrijven kinidine voor als delen van het hart te snel samentrekken, zoals bij boezemfibrilleren. Uw arts schrijft kinidine pas voor als andere medicijnen tegen hartritmestoornissen onvoldoende helpen. Er is namelijk kans op een ernstige allergie door kinidine. Daarom schrijft uw arts u eerst een proefdosis voor om te zien of u allergisch bent. Pas als u dat goed verdraagt, kunt u het blijven gebruiken.

Lees meer over hartritmestoornissen . “

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Soms (bij 10 tot 30 op de 100 mensen)

  • Maagdarmklachten, zoals misselijkheid, braken en diarree.

    Wordt u misselijk van dit medicijn? Neem het dan in tijdens of vlak na het eten.

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Hartkloppingen, andere ritmestoornissen of verergering van de hartritmestoornis. Dit kan voorkomen bij mensen die eerder voortdurend hartkloppingen hadden, een hartinfarct gehad hebben en bij mensen met hartfalen. Gebruik dit middel niet als u hartfalen heeft. U kunt namelijk meer last krijgen van uw klachten, zoals vasthouden van vocht (oedeem).
    Mensen met de hartritmestoornis verlengde QT-intervalsyndroom: u hebt meer kans op ernstige storingen in het hartritme.

    Gebruik kinidine NIET als u deze ritmestoornis heeft. Overleg in bovenstaande gevallen met uw arts.

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Bijwerkingen op het zenuwstelsel (cinchonisme). De verschijnselen hiervan zijn divers. Waarschuw uw arts als u minder goed hoort, last krijgt van oorsuizen, wazig zien, gevoeligheid voor zonlicht, ernstige verwardheid of hallucinaties.

  • Hoofdpijn, duizeligheid.

  • Overgevoeligheid voor dit medicijn. Dit merkt u aan huiduitslag, jeuk, galbulten en koorts. 

    Zeer zelden kan een ernstige overgevoeligheid optreden. Ook kunt u benauwd worden, blaren op de huid of ernstige zonnebrand krijgen. Verder ook leverontsteking met geelzucht. Uw arts zal u eerst een proefdosis geven. Pas als blijkt dat u dit medicijn verdraagt, mag u verder gaan met dit middel.
    Als blijkt dat u overgevoelig bent mag u dit middel in de toekomst niet meer gebruiken. Geef daarom aan de apotheker door dat u overgevoelig bent voor kinidine. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit medicijn niet opnieuw krijgt.

  • Moeilijk kunnen plassen. Heeft u een vergrote prostaat? U kunt meer moeite met plassen krijgen.

    Raadpleeg dan uw arts.

  • Spierpijn, gewrichtspijn, zwak gevoel, vermoeidheid. Mensen met de spierziekte myasthenia gravis kunnen extra last krijgen.

    Overleg hierover met uw arts.

  • Minder aanmaak van rode of witte bloedcellen of van bloedplaatjes. U merkt dat aan extreme moeheid, bleke huid en slijmvliezen, bloedingen (zoals bloedneuzen), koorts, keelpijn en blaasjes in de mond.

    Waarschuw dan uw arts.

  • Ernstige bloedafwijking bij mensen met een aangeboren tekort van het enzym G6PD. U merkt deze bloedafwijking aan vermoeidheid, duizeligheid, bleekheid, gele huid, donkere verkleuring van de urine of kortademigheid.

    Waarschuw dan direct een arts.
    Weet u dat u een G6PD-tekort heeft? Geef dat door aan de apotheker. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit medicijn of andere medicijnen met problemen bij G6PD niet meer krijgt.

  • Bloedpropjes in de bloedvaten van de slagaders (arteriële trombose).

    U heeft daardoor meer kans op een hartinfarct of beroerte.

  • Beschadiging van de slokdarm. Dit geldt vooral voor mensen met een vernauwing van de slokdarm (slokdarmstenose).

    Overleg hierover met uw arts. Als u dit medicijn toch nodig heeft, kunt u de bijwerking voorkomen door de tablet in een half glas water uiteen laten vallen en daarna op te drinken. Het oplossen in water duurt meer dan 5 minuten.

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen

Mag ik kinidine gebruiken met andere medicijnen?

Dit middel heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje ‘samenstelling’.

De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

  • Sommige medicijnen tegen kanker. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat. De werking of bijwerkingen van deze medicijnen kunnen veranderen. Overleg hierover met uw arts.
  • Sommige medicijnen tegen hiv en hepatitis C. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat.

Onderstaande medicijnen kunnen de werking van kinidine verminderen. Overleg voor gebruik met uw arts of apotheker.

  • De medicijnen tegen epilepsie: carbamazepine, oxcarbazepine, fenytoïne, primidon en fenobarbital.
  • Flucloxacilline, een antibioticum.
  • De medicijnen tegen tuberculose: rifampicine en rifabutine
  • Sint-janskruid (hypericum), een kruidenmiddel tegen depressieve klachten.

Onderstaande medicijnen kunnen de bijwerkingen van kinidine versterken. Gebruik deze medicijnen daarom niet. Vraag uw arts om een ander medicijn dat deze wisselwerking niet heeft.

  • De medicijnen tegen schimmelinfecties: itraconazol, ketoconazol en voriconazol.
  • Acetazolamide, onder andere gebruikt bij epilepsie en glaucoom.

Onderstaande medicijnen kunnen meer bijwerkingen hebben door kinidine. Overleg voor gebruik met uw arts of apotheker.

  • De antistollingsmedicijnen, acenocoumarol en fenprocoumon. Kinidine kan de werking van acenocoumarol en fenprocoumon versterken. Meld het aan de trombosedienst als u kinidine gaat gebruiken. Ook als de dosering van kinidine wijzigt of als u stopt met kinidine, moet u de trombosedienst hierover inlichten.
  • De antistollingsmiddelen dabigatran en edoxaban.
  • Het hartmedicijn digoxine.
  • De bètablokker metoprolol (onder meer bij hart- en vaatziekten en migraine).
  • Een medicijn bij hartritmestoornissen flecaïnide. Uw arts zal de hoeveelheid flecaïnide in uw bloed regelmatig controleren.
  • De medicijnen tegen psychose: aripiprazol, brexpiprazol, perfenazine en risperidon.
  • De medicijnen tegen depressie: amitriptyline, clomipramine, dosulepine, doxepine, imipramine, maprotiline, nortriptyline, venlafaxine en vortioxetine.
  • Het medicijn bij ADHD atomoxetine.
  • Medicijnen met een verhoogd risico op hartritmestoornissen. Bij combinatie met kinidine kan een ernstige hartritmestoornis ontstaan. Vooral bij vrouwen of bij mensen die ouder dan 70 jaar zijn of al een hartaandoening hebben. Overleg hierover met uw arts of apotheker. Mogelijk controleert de arts uw hart met een hartfilmpje. Of schrijft hij een ander medicijn voor. U merkt een hartritmestoornis aan plotselinge duizelingen of kortdurend buiten bewustzijn raken. Neem direct contact op met uw arts als u dit merkt.

Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?

autorijden?
Bij dit medicijn zijn hiervoor geen beperkingen.

alles eten en drinken?
Bij dit medicijn kunt u beter niet te veel grapefruit eten, of grapefruitsap drinken. Dan is de kans op bijwerkingen namelijk groter.

  • Wilt u grapefruitsap drinken? Drink niet meer dan 2 dagen per week een glas grapefruitsap. En wacht elke keer dat u grapefruitsap heeft gedronken ten minste 3 dagen totdat u weer grapefruitsap drinkt.
    Dus: als u op maandag grapefruitsap drinkt, wacht dan tot donderdag met het opnieuw drinken van grapefruitsap.
  • Wilt u grapefruit eten? Eet niet meer dan 2 dagen per week 1 of 2 grapefruits. En wacht na elke keer dat u grapefruit hebt gegeten ten minste 3 dagen totdat u weer grapefruit eet.
    Dus: als u op maandag grapefruit eet, wacht dan tot donderdag met het opnieuw eten van grapefruit.

Bent u gewend om veel of vaak grapefruits te eten, of grapefruitsap te drinken? Bespreek dit dan met uw apotheker of arts. Misschien is er een ander medicijn dat u kunt gebruiken dat wel goed samengaat met grapefruit(sap). Lees hier meer informatie over grapefruit en medicijnen.

Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?

Zwangerschap
Overleg met uw arts. In hogere doseringen kan dit medicijn schadelijk zijn voor het kind. Weeg met uw arts de risico’s van het gebruik van kinidine af tegen de ernst van uw aandoening. Moet u het medicijn toch gebruiken, omdat er geen ander medicijn voor u is? Uw specialist zal u tijdens de zwangerschap nauwlettend controleren.

Borstvoeding
Gebruik dit middel NIET als u borstvoeding geeft, of stop de borstvoeding. Dit middel komt in kleine hoeveelheid in de moedermelk terecht. Het is niet bekend of dit schadelijk is voor uw kind. Wilt u borstvoeding geven, overleg dan met uw arts.

Hoe gebruik ik dit medicijn?

Kijk voor de juiste dosering op het etiket van de apotheek.

Wanneer?
Het beste kunt u vaste tijdstippen kiezen, dan vergeet u minder snel een dosis. Bijvoorbeeld bij het eten.

Hoelang?
Als u kinidine gebruikt om ritmestoornissen te voorkomen, moet u het meestal langdurig gebruiken. Overleg hierover met uw arts.

Terug naar overzicht